Zeventiende zondag door het jaar (A)

Zeventiende zondag door het  jaar (A)

De lezingen die we zojuist hebben gehoord nodigen ons allen uit om goed na te denken over wat we eigenlijk nodig hebben, waar we naar verlangen of smachten. Het gaat niet alleen over onze dagelijkse behoeften, of onze wekelijkse afspraken. Onze dromen en toekomstige doelen om iets te bereiken of te hebben. Het gaat niet om tijdelijke dingen plannen, maar het gaat over de diepste vraag en behoefte van ons bestaan. Een heel diep mysterie.

In de eerste lezing, horen we het verhaal van Salomo. In zijn gebed of droom aan God, vraagt God, “vraag wat je wilt-Ik zal je geven” Stel dat God dat nu aan jou zou vragen, wat zou je zeggen? Wat zou jij willen hebben? Je mag uit alles kiezen, ik zelf zal kiezen om goed Nederlands te kunnen spreken. Dat heeft het te maken met mensen, niet voor mezelf, maar dat ik net als Salomo mensen kan helpen. Door een beter taalgebruik kan ik beter met mensen communiceren.
Salomo vraagt niet om een lang leven, enorme rijkdom of grote macht. Hij vraagt iets anders. Voor Salomo, is dat zijn diepste verlangen. En dat komt voort uit de situatie dat hij nog jong is en misschien ook wel wat onzeker om zijn volk te besturen. Zijn verlangen komt voort uit zijn behoeftes. Iets dat hij echt nodig heeft. In het verhaal van Salomo, zien we dat zijn vraag een missionair aspect heeft “zodat ik uw volk kan besturen en onderscheid kan maken tussen goed en kwaad, recht en onrecht”.

Voor Salomo, God is zijn schat.
Stel dat Je wordt geboren, van kind tot puber groei je op, je vind een baan, je settelt je in een relatie, je familie groeit, je wordt oud, je bereikt je pensioen, je kijkt terug op je leven. Je familie wordt kleiner, mensen vallen weg en uiteindelijk zal je ook zelf overlijden. Wat is jouw verlangen in dit leven, heb je alles bereikt of zijn er nog dingen niet tot je gekomen?

In de parabels van vandaag toont Jezus aan ons dat de behoefte of het verlangen naar God een heel diep commitment is om te bereiken. Stel dat veel mensen hard werken om hun droom te vervullen. Ze doen alles zolang ze kunnen.

We hebben verlangens. Een verlangen dat niet over materiele dingen gaan, of over een fysiek aspect van het leven (zoals Salomo) maar een filosofisch verlangen van ons bestaan. Wie ben ik in deze wereld? wat kan ik voor de mensen betekenen? wat kan ik verwachten? Waar ga ik naartoe nadat het leven in de wereld voorbij is. Dergelijke vragen komen uit de bodem van ons leven. Vandaag nodigen en dagen de woorden van God ons allen uit, om het antwoord te geven. Waar verlang ik ten diepste naar?

Een paar maanden geleden, kwam ik bij een dame van 90 jaar oud op bezoek. Tijdens ons gesprek zei ze, “Mijn leven is rijk en mooi. Want ik geloof in God en ik heb Hem. Hij is mijn schat. Ik heb alles en een goed leven gehad, God is mijn doel. We hebben God echt nodig. Misschien ben je nog jong en druk bezig met de wereld om je heen, denk je veel en geloof je niet, maar op het einde moet je alles loslaten, behalve je geloof, je hart en verlangen naar God. en dat is je schat. Je brengt hem tot het einde van je leven. Die dame is ernstig ziek, maar ze sprak met een volle glimlach op haar gezicht een echte optimist.

Voor ons die hier aanwezig zijn, vragen we ons af. Waar verlangen we ten diepste naar? Vraag wat je wilt, zei God en Ik zal het je geven. Salomo heeft een mooi voorbeeld aan ons gegeven, de mens uit de parabels verkopen hun eigen bezit om de parels en de verborgen schat te kopen. Ze laten hun leven los om waardevolle dingen te hebben, hoe kunnen wij onze schat gebruiken om God te ervaren?

Mensen die getrouwd zijn of verlieft op elkaar roepen elkaar aan met het woord “schat” Dat betekent dan hij of zij is van mij. Je bent de mijne. Ik voel liefde voor hem/haar. De enige waar mijn liefde voor altijd mee verbonden is. Als God je schat is, ben je niet en nooit verloren omdat Hij er altijd voor jou is, je zal daar nooit spijt van krijgen als God jouw schat is. Maar als je schat een mens is bereid je dan voor dat je hem of haar eens los zal moeten laten. Je weet niet wanneer dat moment er zal zijn of wanneer het gaat komen. Je wordt dan alleen achtergelaten. En als je in God geloofd, verlies je niets.

Laten we bidden, dat we nooit moe zijn om bij God te blijven en geworteld zijn in liefde. Hij is onze schat die ons uitnodigt om Hem te zoeken en te blijven voor altijd.
In de psalm lezen wij:
“Gelijk een hinde die naar waterbeken smacht, zo smacht mijn ziel naar U, o God.
Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God;
wanneer zal ik komen en voor Gods aangezicht verschijnen? Psalm 42:2-3

Het boek Koningen 3,5.7-12 –
psalm 119 –
Brief van de Heilige apostel Paulus aan de christenen in Rome 8, 28-30
Uit het Evangelie volgens Mattheüs 13,44-52